In België zijn de eerste proefbaanvakken inmiddels gecertificeerd voor de uitrol van ETCS. Infrabel gaat voor ETCS1 Limited Supervision, een Baseline 3 variant. Tegen 2025 moet het hele netwerk zijn omgezet en worden er alleen nog voertuigen met ETCS toegelaten in het land. Thomas Bastin is verantwoordelijk voor het project en kwam op het RailTech Infra Forum een toelichting geven.

Volgens Bastin is de implementatie van ETCS het laatste hoofdstuk van een ambitieus masterplan bij de Belgische spoorwegen. Hierbij gekozen voor twee verschillende versies en baseline niveau’s. Zo zijn er trajecten met ETCS1 FS (Full supervision) in baseline 2, ETCS2 FS in de uitrolfase en ETCS1 LS (Limited Supervision) in Baseline 3 waarvan de certificeringen en goedkeuringsprocessen zich in de afrondende fase bevinden. “De huidige status is dat we de CE certificering net binnen hebben voor het eerste proefbaanvak. De autorisatie door onze nationale veiligheidsorgaan is ook onder weg. Voor het tweede proefbaanvak in het noorden van België wachten we nu op de CE certificering.”

Interoperabel

Het eerste proefbaanvak met ETCS1 LS loopt van het zuiden van Charleroi tot aan Couvin. Langs dit veertig kilometer lange traject staan circa vijftig seinen. Infrabel was volgens Bastin op zoek naar een snelle oplossing, lage kosten en meer veiligheid dan het huidige nationale systeem TBL1+, maar een belangrijke voorwaarde was vooral dat het systeem interoperabel moet zijn met die op de overige trajecten. Zonder de interlockings te hoeven aanpassen.

Daarom werd ETCS1 LS met background supervision gezien als de beste oplossing. “In ons geval betekent background supervision dat de machinist de informatie opvolgt die wordt gegeven door de seinen langs de baan en dat het systeem zal ingrijpen in het geval de machinist een fout maakt. Het feit dat al onze lijnen interoperabel worden, geeft ons het voordeel dat vanaf december 2025 alleen nog ETCS treinen zijn toegestaan op het Belgische spoor.”

Extra functies

ETCS1 LS heeft in België meer functies dan het huidige systeem TBL1+. Naast de belangrijkste basisfunctie: het stoppen van de trein bij het passeren van een rood sein. “Een infinite MA (Movement Authority) wordt verzonden bij ieder groen sein en wanneer de trein het waarschuwingssein S2 passeert wordt de MA geüpdatet en wordt End of authority gedefinieerd bij het gesloten sein S3. Uiteindelijk zal, wanneer de machinist de trein laat rijden, de trein stoppen bij het rode sein.”

Het systeem houdt ook toezicht op de snelheid. “Dit geeft ons meer veiligheid dan TBL1+ maar het is wel complexer. Je kunt de spoorbeschrijving zien die wordt gegeven door het groene sein. Geïllustreerd door de supervised speed. wanneer het volgende sein S2 met een waarschuwingssignaal wordt gepasseerd, wordt de trackside information geüpdatet en wordt sein S3 het einde van de autoriteit. Ook hier stopt de trein automatisch wanneer de machinist het sein negeert.”

Overschakelen

De uitrol van ETCS1 LS gebeurt in verschillende fasen. In de eerste fase, die in 2015 werd afgerond, rustte Infrabel 7.500 seinen uit met ERTMS componenten en kwamen er LEU (Lineside Encoder Units) en balises in stations met TBL1+ functies. De tweede fase bestaat uit het uitrollen van TBL1+ met LEU en balises op de tussenliggende lijnen die in de toekomst overschakelen op ETCS1 lijnen. Deze fase startte in 2016 en loopt door tot in 2021.

De volgende fase gaat in 2021 van start en bestaat uit het overschakelen op ETCS1 LS op twee proefbaanvakken. De uitrol gebeurt project voor project. Elk project bestaat uit het maken van de data preparation van ETCS1 LS. Vervolgens wordt de software gedownload op de LEU en balises. Vervolgens wordt de TBL1+ functie ontmanteld. Deze softwarefase loopt door tot 2025.” Deze strategie maakt het volgens Bastin mogelijk om het aantal modificaties te reduceren tot een minimum. Met name aan de interlockings en de interface tussen interlocking en LEU tijdens de implementatiefase.

Uitdagingen

De belangrijkste uitdagingen tijdens de implementatie liggen volgens Bastin in de combinatie van de verschillende ETCS-specificaties. ETCS1 Limited Supervision is gebaseerd op Baseline 3. Maar er rijden op het netwerk van Infrabel ook treinen die compatibel zijn met Baseline 2. Om deze treinen op Baseline 3 trajecten te kunnen laten rijden moesten ze worden geüpdatet. “Deze baseline 2 treinen maken ook dat er transitiebarrières gedefinieerd moeten worden tussen ETCS1, ETCS2 en ETCS1 LS zonder overlap. Met een duidelijke grens moet het verschil gedefinieerd worden tussen de ETCS gebieden en in beide richtingen.”

Verder zorgt de strakke planning voor een beperkende factor. “Per project hebben we maximaal zes maanden voor de uitrol van een ETCS LS. Daarom ontwikkelden we bij Infrabel onze eigen tool waarmee we in staat zijn om ETCS1 LS uit te rollen zonder ondersteuning door externe leveranciers.” Een andere uitdaging is om een remparameter te vinden die compatibel is met de manier van rijden in België en waarvoor geen modificaties nodig zijn aan de warning distance tussen de seinen.